Neemt u liever telefonisch contact op?

Bel ons op 03 776 94 98, u wordt verbonden met een medewerker van verkeerszaken.be (ma t.e.m. do 9-18u | vr 9-17u).

Hoe besliste de Politierechtbank van Sint-Niklaas over een bestuurder die zonder rijbewijs een collega gaat ophalen?

Gereden zonder rijbewijs

De politie houdt bij een willekeurige control om +/- 05u30 op een weekdag een bestelwagen tegen van een aannemingsbedrijf.

De bestuurder heeft zijn portefeuille niet bij, maar verklaart onmiddellijk geen rijbewijs bij te hebben dat daarenboven al jaren geleden werd neergelegd op de Rechtbank omdat hij nog proeven moest doen.

De bestuurder was op weg naar zijn collega die iets verder woont.

Normaal komt de collega met zijn eigen wagen naar de woning van de toevallige bestuurder om daar dan samen met de bedrijfscamionette verder te rijden. De collega heeft hier thuis immers geen plaats voor.

Die ochtend kwam de collega niet opdagen en omdat men niet te laat op het werk wilde zijn is hij de collega al tegemoet gereden om hem uit bed te halen (vermoedde dat deze zich had overslapen).

Gedagvaard voor de Politierechtbank Oost-Vlaanderen, Afdeling Sint-Niklaas

De bestuurder werd gedagvaard voor de Politierechtbank voor de volgende  verkeersinbreuken:


A. Op de openbare weg een motorvoertuig te hebben bestuurd, zonder houder te zijn van een in België regelmatig afgegeven rijbewijs of van het als dusdanig geldend bewijs, vereist voor het besturen van dit voertuig en geldig voor de categorie waartoe het behoort  (art. 21 en 30 §1.1°, art. 38 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer - KB tot coördinatie van 16 maart 1968, art. 3 §2, al. 1 van het KB van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs)


B. Op de openbare weg, nagelaten te hebben zijn/haar identiteitskaart of het als zodanig geldend bewijs te vertonen op verzoek van een bevoegd persoon naar aanleiding van een overtreding op de politie van het wegverkeer of van een verkeersongeval (art. 59.1 van de Wegcode- Art. 29§2 Wegverkeerswet)

 

C. zonder het bij artikel 38 §3 voorgeschreven onderzoek uitgesproken bij een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Politierechtbank, met goed gevolg te hebben ondergaan, op een openbare plaats een motorvoertuig behorende tot de categorie bedoeld in de beslissing van de vervallenverklaring te hebben bestuurd of een bestuurder met het oog op de scholing te hebben begeleid  (art. 48.2° en 38 Wegverkeerswet)
 

De uitspraak van de Politierechtbank Oost-Vlaanderen, Afdeling Sint-Niklaas?

De bestuurder werd veroordeeld tot :

  • Een gevangenisstraf van 2 jaar, waarbij evenwel de gunst van het probatie-uitstel werd toegekend;
  • Een rijverbod van 1 jaar.

Het gedeelte van de straf toegekend met de gunst van het probatie-uitstel betekent dat de bestuurder hiervan werd vrijgesteld,  tenzij de bestuurder binnen een periode van 3 jaar vanaf het in kracht van gewijsde treden van de uitspraak (van zodra er geen beroep meer mogelijk is) een of meerdere van de volgende 4 voorwaarden niet zou naleven:

  • Geen strafbare feiten plegen;
  • Een vast adres hebben en, bij wijziging ervan, de nieuwe verblijfplaats onmiddellijk meedelen aan de justitieassistent die met de begeleiding is belast;
  • Gevolg geven aan de oproepingen van de probatiecommissie en aan die van de justitieassistent die met de begeleiding is belast;
  • Verbod op alcohol- en druggebruik.

De bestuurder werd ook veroordeeld tot een bijdrage van 200,00 EUR in het Slachtofferfonds, zijnde een verplichte (administratieve) bijdrage die de Politierechter dient op te leggen van zodra men veroordeeld werd tot een geldboete vanaf 26,00 EUR (x 8).

De bestuurder werd tenslotte ook nog veroordeeld tot een bijdrage in het Begrotingsfonds voor juridische tweedelijnsbijstand t.b.v. 20,00 EUR en tot de gerechtskosten (kosten van dagvaarding, bloedanalyse, speekseltest e.d.) die in totaal 117,34 EUR bedragen 

Deze gerechtskosten worden normaal gezien terugbetaald aan de bestuurder door de verzekeringsmaatschappij van zodra deze alles betaald heeft.