Neemt u liever telefonisch contact op?

Bel ons op 03 776 94 98, u wordt verbonden met een medewerker van verkeerszaken.be (ma t.e.m. do 9-18u | vr 9-17u).

13/10/2017

Hoe besliste de Politierechtbank van Dendermonde over dronkenschap en rijden zonder rijbewijs.

Dronken sturen met ingetrokken rijbewijs.

Na een avondje stappen scheurt een jongeman naar huis met de wagen. Hij vliegt over de weg, zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Er is weliswaar amper verkeer, maar de situatie blijft gevaarlijk. Een anonieme politiewagen merkt de auto op en zet de achtervolging in.  De wagen komt tot stand op de oprit van een woning en de man probeert nog snel zijn woning binnen te gaan, maar de politie is hem te snel af. 

De agenten merken meteen dat de man te veel gedronken heeft en vragen naar zijn rijbewijs.  Het rijbewijs bleek ingetrokken zodat de man het niet kan overhandigen. De bestuurder wil ook niet meewerken aan de ademtest.  De bestuurder redeneerde dat hij zich op privéterrein bevindt, maar dit is echter geen geldige reden tot weigering. Uiteindelijk werd de bestuurder agressief, en werd meegenomen naar het politiebureau. 

De Politie vorderde een dokter op om een bloedstaal te kunnen nemen, die zulks heeft gedaan op het politiekantoor.

Gedagvaard voor de Politierechtbank Oost-Vlaanderen, Afdeling Dendermonde.

De bestuurder werd ter verantwoording gedagvaard voor de Politierechtbank voor een hele reeks verkeersinbreuken:

  • Buiten de ín artikelen 30, 34,§2,2°, 37bis,§1 ,4° en 48 bedoelde gevallen, op de openbare weg een motorvoertuig te hebben bestuurd, zonder het rijbewijs of het als zodanig geldend bewijs vereist oor het besturen van dit voertuig, bij zich te hebben (art. 21 en 31 Wegverkeerswet, art. 3 KB van 23.03.1998 betreffende het rijbewijs);
  • Op een openbare plaats een voertuig of een rijdier te hebben bestuurd, of een bestuurder te hebben begeleid met het oog op scholing, terwijl de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht heeft gemeten of de bloedanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,8 gram per liter bloed heeft aangegeven, terwijl het misdrijf aan zijn/haar persoonlijk toedoen te wijten is (art. 34§2. 1° en 38§1 .1° Wegverkeerswet);
  • Geweigerd te hebben zich te onderwerpen aan de ademtest bedoeld in artikel 59§1 (art. 34§2.3° en 38§ 1 . 1° Wegverkeerswet);
  • Op een openbare plaats een voertuig of rijdier te hebben bestuurd of een bestuurder te hebben begeleid met het oog op de scholing, terwijl hij/zij verkeerde in staat van dronkenschap of in een soortgelijke staat o.m. ten gevolge van het gebruik van drugs of van geneesmiddelen terwijl het misdrijf aan zijn/haar persoonlijk toedoen te wijten is (art. 35 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer KB. tot coördinatie van 16 maart 1968);
  • Als weggebruiker of bestuurder van een voertuig op de openbare weg, nagelaten te hebben zich te gedragen naar de verkeerstekens en wegmarkeringen, regelmatig naar de vorm, voldoende zichtbaar en overeenkomstig de voorschriften van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer aangebracht, namelijk: het verkeersbord C43 met de vermelding 50 km/u, de daarbij maximum toegelaten snelheid te hebben overschreden, te weten aan een gecorrigeerde snelheid van 108.10 km/u gereden te hebben (vastgestelde snelheid 115 km/u) (art. 5 en 68 Wegcode; art. 29§3 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer - KB tot coördinatie van 16 maart 1968);
  • Als weggebruiker of bestuurder van een voertuig op de openbare weg, nagelaten te hebben zich te gedragen naar de verkeerstekens en wegmarkeringen, regelmatig naar de vorm, voldoende zichtbaar en overeenkomstig de voorschriften van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer aangebracht, namelijk: het verkeersbord C43 en daarbij de beperkte maximum toegelaten snelheid van 70 km/u te hebben overschreden, te weten aan een gecorrigeerde snelheid van 99,64 km/u (vastgestelde snelheid: 106 km/u) gereden te hebben (art. 5 en 68 Wegcode; art. 29§3 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer - KB tot coördinatie van 16 maart 1968);

Een groot deel van deze overtredingen werden ook begaan in staat van herhaling

De uitspraak van de Politierechtbank Oost-Vlaanderen, Afdeling Dendermonde?

Omwille van het aantal overtredingen en de staat van herhaling, riskeerde de bestuurder zeer zware straffen.

Uiteindelijk werd de bestuurder als volgt bestraft:

  • Voor tenlastelegging A (= rijbewijs niet bij hebben): 60,00 EUR .
  • Voor tenlastelegging B (= alcoholintoxicatie) en D (= dronkenschap) samen: 1.200,00 EUR en een rijverbod van 9 maanden (= 270 dagen), waarvan een gedeelte van 6 maand met uitstel werd toegekend zodat het effectieve rijverbod slechts 3 maanden (= 90 dagen) bedroeg.
  • Voor tenlastelegging C (= weigeren ademtest): een geldboete van 200,00 EUR X 6 = 1.200,00 EUR die volledig met uitstel werd toegekend zodat de effectief te betalen geldboete 0,00 EUR bedroeg en een rijverbod van 9 maanden (= 270 dagen), waarvan een gedeelte van 8 maand en 22 dagen met uitstel werd toegekend zodat het effectieve rijverbod slechts 8 dagen bedroeg (er moet altijd minimum 8 dagen opgelegd worden).
  • Voor tenlastelegging E (= snelheidsovertreding binnen bebouwde kom): 120,00 EUR.
  • Voor tenlastelegging F (= snelheidsovertreding buiten bebouwde kom): 60,00 EUR 

Het herstel in het recht tot sturen werd telkens afhankelijk gemaakt van het slagen voor het theoretisch en praktisch examen en het slagen voor de medische en psychologische proeven.

De bestuurder werd ook twee keer veroordeeld tot een bijdrage van 200,00 EUR in het Slachtofferfonds, samen 400,00 EUR en hij werd ook nog veroordeeld tot een bijdrage in het Begrotingsfonds voor juridische tweedelijnbijstand t.b.v. 20,00 EUR, én tot de gerechtskosten (kosten van dagvaarding, deskundige e.d.) die +/- 240,00 EUR bedroegen.

In totaal diende de man "slechts" +/- 2.100,00 EUR te betalen en kreeg hij een effectief rijverbod van 3 maand en 8 dagen. Gelet op deze eerder gunstige uitspraak werd geen beroep aangetekend.