Twee quasi identieke snelheidsovertredingen.
Bestuurder A, voor de gelegenheid noemen we hem Johan, is een man van 40 jaar. Hij werd geflitst toen hij met zijn wagen 82 km/uur reed, daar waar hij slechts 50 km/uur mocht rijden.
Johan bevond zich daarenboven in staat van herhaling omdat hij in een periode van 3 jaar voordien veroordeeld was door de Politierechtbank voor één feit van alcoholintoxicatie.
Johan werd vervolgd voor de Politierechtbank te Anwerpen op grond van een inbreuk op art. 11.1 Wegcode en art. 29§3 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer - KB tot coördinatie van 16 maart 1968. De vastgestelde snelheid was 88 km/uur, de gecorrigeerde snelheid was 82 km/uur.
Bestuurder B, voor de gelegenheid Kristof genoemd, is een mand van 41 jaar. Hij werd eveneens geflitst omdat hij aan een gecorrigeerde snelheid van 81 km/uur reed, daar waar hij er maar 50 km/uur mocht rijden. Zijn vastgestelde snelheid was 87 km/uur.
Kristof bevond zich óók in staat van herhaling omdat hij in een periode van 3 jaar voordien veroordeeld was door de Politierechtbank voor één feit van alcoholintoxicatie. Kristof was voordien ook al eens veroordeeld voor een andere snelheidsovertreding, hetgeen een bijkomende verzwarende omstandigheid uitmaakte.
Kristof werd vervolgd voor de Politierechtbank te Bergen, eveneens op grond van art. 11.1 Wegcode en art. 29§3 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer - KB tot coördinatie van 16 maart 1968.
Samengevat hebben wij twee bijna identieke situaties: de bestuurders hebben ongeveer dezelfde leeftijd, hebben dezelfde inbreuk begaan, en verkeren alletwee in staat van herhaling. Het enige verschil is dat er in het geval van Kristof, ook nog een verzwarende omstandigheid was omdat hij in het verleden al twee keer veroordeeld was, waaronder o.a. voor een andere snelheidsovertreding. Bij Johan was het enkel een veroordeling wegens alcoholintoxicatie.
Wat beslist de Politierechtbank te Antwerpen?
We verdedigden Johan op de zitting van de Politierechtbank te Antwerpen.
Johan kreeg van de Politierechter een effectieve geldboete van 520,00 EUR (65,00 EUR X 8) en een rijverbod van drie maanden waarvan 1 maand met uitstel. Het effectief rijverbod bedroeg bijgevolg twee maand.
Daarnaast diende Johan te slagen voor het theoretisch en praktisch examen, en met succes de medische en psychologische proeven afleggen, wilde hij zijn rijbewijs terugkrijgen. Dit is wettelijk verplicht.
Wat besliste de Politierechtbank in Bergen?
We verdedigden Kristof voor de Politierechtbank te Bergen.
Kristof werd gestraft met een effectieve geldboete van 280,00 EUR. Hij werd veroordeeld tot een geldboete van 70,00 EUR X 8 = 560,00 EUR waarvan 35,00 EUR (X 8) met uitstel. Daarnaast kreeg Kristof een effectief rijverbod van 20 dagen. Ook hier had de Rechter het herstel in het recht tot sturen afhankelijk gemaakt van het slagen voor het theoretisch en praktisch examen en het slagen voor de medische en psychologische proeven, hetgeen wettelijk gezien verplicht was.
Anderen lazen ook
Ontdek Verkeerszaken.be!
Ook gedagvaard voor de Politierechtbank. Ontdek Verkeerszaken.be!